Martin Morsink: ,,Als ik op bezoek ga bij mensen ga ik eerst in gebed om de hulp van de Heilige Geest te vragen en dat God mij de woorden mag geven om uit te spreken.''
Martin Morsink: ,,Als ik op bezoek ga bij mensen ga ik eerst in gebed om de hulp van de Heilige Geest te vragen en dat God mij de woorden mag geven om uit te spreken.'' Erik van 't Land

‘Je ontvangt hulp, ook met lood in je schoenen’

26 mei 2022 om 16:56 hartenziel

BARNEVELD Als ouderling bezocht Martin Morsink (75) vaak kerkleden thuis. Omdat zijn talent vooral ligt in het besturen, voelt hij zich in de kerkenraad van de Hervormde Gemeente Barneveld als een vis in het water. Onlangs kreeg hij een koninklijke onderscheiding voor dit vrijwilligerswerk.

Vanuit uw woning heeft u goed uitzicht op de toren van de Oude Kerk. U woont hier nu drieëndertig jaar. Voor die tijd stond uw huis in Woerden, IJsselmuiden en Genemuiden, terwijl uw wortels in Drenthe liggen. Waar was dat precies?

,,Ik ben geboren in Stuifzand, een heel klein dorpje ten noorden van Hoogeveen. Mijn opa woonde in Zwartschaap, dat was onderdeel van Siberië, allemaal grappige namen. Mijn vader werkte bij een groot landbouwbedrijf. Ik had een geweldige jeugd, want ik hoefde niet naar een kleuterschool en kon altijd buiten spelen. Met een kruiwagentje liep ik rond in de boomgaard. Na drie jaar verhuisde ons gezin naar een mooie woning in Pesse. Dat was een geweldige vooruitgang.”

Vermoedelijk bent u ook opgevoed in een kerk?

,,Inderdaad. Mijn ouders gingen naar een Hervormde Gemeente. Mijn vader werd koster en mijn moeder hielp hem daarbij. Daar mocht ik ook een beetje bij assisteren. Want toen mijn vader ouderling werd, liet hij mij op zondag de kerkklokken luiden. Ik ging naar de christelijk nationale school in het dorp, waar de bijbelverhalen me enorm aanspraken, want God regeert over alles. We leven bij de gratie van Hem. Dat lees ik nu nog in de psalmen, over Zijn almacht, liefde en genade.

Maar als iemand nu direct reageert op die ‘almacht’ en verwijst naar de oorlog in Oekraïne en de hongersnood in de Hoorn van Afrika?

,,Zijn almacht staat daar los van. We maken er met z’n allen op deze aarde soms een puinhoop van. Dat doen we zelf, dat doet God niet. Hij wil helemaal geen oorlog. Maar het kan wel zo zijn dat we door dit soort gebeurtenissen een spiegel voorgehouden krijgen. Hoe zit het eigenlijk bij mij? Ben je wel zo christelijk als het lijkt? Het gaat me wat ver om te omarmen wat Poetin zelf zegt, dat hij een instrument is in de hand van God. Hij lijkt me meer een pion in dienst van satan.”

Maar waarom grijpt God niet in?

,,Die vraag hoor ik vaak in gezinnen. Waarom doet Hij er niets aan? Maar je kijkt anders naar die vraag als je in afhankelijkheid van Hem leeft. Alles wat ik deed en doe in de kerk is genade van God. Hij geeft me de kracht om actief te zijn. Dat is niet altijd even helder. Als je ziek bent, word je teruggeworpen. Zo is mijn vrouw enkele jaren geleden geopereerd aan een struma die zich rond haar luchtpijp nestelde. Maar je mag ook vertrouwen in God hebben. Op dit soort momenten ben je kwetsbaar en besef je de afhankelijkheid van de Schepper. Toen ik met haar meeliep richting de operatiekamer daalde er een soort rust over ons heen. Ze ging in vertrouwen de operatie tegemoet. Het is gelukkig goed gegaan, hoewel ze haar schildklier is kwijtgeraakt.”

Dat het goed ging is fijn. Maar u weet ook dat het soms niet goed gaat en mensen overlijden. Hoe beleeft u dat?

,,Ik kwam als ouderling bij een familie om het bed staan, waar moeder stervende was. Dan voel je alle ogen op je gericht, die vragen: wat gaat hij nu doen? Dan lees ik een stuk uit de Bijbel en ga samen bidden. Of de Heer het goed wil maken voor die mevrouw. Dat ze in de hemel mag komen en het eeuwige leven ontvangt. Een paar dagen later is ze overleden. Boven haar rouwkaart stond: ‘De eenvoudigen wil God steeds gadeslaan’. Zo was ze ook, een eenvoudige vrouw die zorgde voor haar gezin en nu naar de Heere mocht gaan. Dat heb ik wel vaker meegemaakt.”

In 1998 werd u gekozen als ouderling en met een onderbreking van elf maanden bent u dat nog, vanaf 2018 als voorzitter van de kerkenraad. Waarom doet u dat al zo lang?

,,Dat gaat vanzelf. Het is prachtig als je dat mag en kunt doen. Als ik op bezoek ga bij mensen ga ik eerst in gebed om de hulp van de Heilige Geest te vragen en dat God mij de woorden mag geven om uit te spreken. Dat helpt, ook als je soms met lood in de schoenen ergens naar toe gaat, want je ontvangt hulp. Tegelijk moet je je natuurlijk wel goed voorbereiden.”

Wat deed u in uw werkzame leven?

,,Ik begon bij Philips in Eindhoven. Na mijn militaire dienstplicht solliciteerde ik bij een bank, waar ik elf jaar werkte in verschillende functies. Daarna werd ik hoofd bedrijfsbureau van een assurantiekantoor in Hoogeveen. Na anderhalf jaar kwam ik weer bij een bank terecht in het centrum van Amsterdam, waar ik zo’n twintig jaar heb gewerkt. De laatste vier jaar van mijn loopbaan ben ik projectmanager geweest bij een antroposofische instelling voor de geestelijke gezondheidszorg in Bilthoven, met het accent op verslavingszorg en psychiatrie. Daar werkte ik onder meer aan een nieuwe bekostigingssystematiek. Een predikant was directeur bij deze organisatie. Toen ik een keer te laat was voor een afspraak met hem vroeg hij: ‘Zijt gij het die komen zou?’, waarop ik meteen antwoordde: ‘Of hebben wij een ander te verwachten?’. We voelden elkaar wel aan. Dat was trouwens de vraag van Johannes de doper aan Jezus, toen hij in de gevangenis zat. Toen liet Jezus zijn discipelen aan hem vertellen: doven kunnen horen, blinden kunnen weer zien en doden worden zelfs opgewekt. Want Jezus kwam om te dienen.”

Hij waste ook de voeten van anderen…

,,Ja, dat doet de paus nu ook op Goede Vrijdag. Dat vind ik mooi. Ik was met mijn vrouw in Rome. We bezochten een van die grote kerken. Daar maakten we een communie mee, waar op een gegeven moment iedereen ging staan. Een non en een Japanner naast mij gaven me een hand. Samen stonden we de lof tot God mee te zingen. Dan voel je iets van de wereldwijde Kerk. Dit sprak ons enorm aan. Het overstijgt absoluut onze kerkmuren, waar we onze veiligheid in denken te vinden. Maar die kun je in de Bijbel vinden.’’

Hoe kijkt u terug op de coronajaren? Zijn er veel mensen bij de kerk afgehaakt?

,,Dat kunnen we nu nog niet zo goed zien. Veel oudere mensen die wat gezondheidsklachten hebben, aarzelen nog om naar de kerk te gaan, want zij zijn kwetsbaar natuurlijk. Maar de afgelopen zondag was de kerk in de ochtend weer voor een groot deel gevuld. ’s Middags nog niet. Wij hebben livestream-uitzendingen vanuit de Goede Herderkerk en de Oude Kerk. Je kunt kiezen. We zijn met die faciliteit in de crisis begonnen en dat blijft zo, want dat wordt op prijs gesteld. Er zijn niet meer zoveel mensen die naar de kerkradio luisteren. Daarom gaan we langzamerhand af van die audiofaciliteit. Die kost inmiddels meer dan dat het oplevert. De meeste mensen hebben immers wel een computer en internet. In ons kerkblad kun je precies lezen welke diensten online te zien zijn.”

In 2004 werd u scriba van de Classis Nijkerk en vanaf 2018 bent u voorzitter van de classis Veluwe. Vanaf 2005 bent u ook lid van het Besturenoverleg. In deze contreien is er nog wel kerkelijke betrokkenheid, maar in ons land bestaat veel secularisatie. Wat is uw visie hierop?

,,Als we kijken naar de classis Veluwe is er ook sprake van krimp. Bovendien is er minder interesse voor bestuursfuncties. Mensen willen dat soms wel even doen, maar niet meer vier, acht of twaalf jaar. Ze vinden dat theoretische werk ook niet zo leuk. Toch zie ik wel toekomst voor de Kerk, want Gods Woord houdt stand tot in eeuwigheid. Daar ben ik van overtuigd. We worden als kerk wel kleiner, waardoor de noodzaak ontstaat om meer dingen samen te doen. Dat valt nog niet zo mee. We willen soms wel, maar als het puntje bij het paaltje komt, is het een ander verhaal. Iemand zei een keer dat hij op die manier weer aanliep tegen het ‘dorpisme’, zoals hij het noemt. Mensen gaan naar hun kerk waar ze al vele jaren komen en willen niet meer ergens anders heen. Toch lijkt het erop dat het samengaan van de Immanuëlkerk en de Bethelkerk tot Emmaüskerk goed gaat. Je moet het willen en met een aantal mensen de schouders eronder zetten.”

De Hervormde Gemeente Barneveld heeft vijf kerkenraden en drie kerkgebouwen. Hoe kijkt u terug op de ontwikkelingen als het gaat om ruimte bieden aan de veelkleurigheid, met verschillende liturgieën?

,,Daar zijn stevige discussies over geweest, maar ik denk dat dit een goede zaak is, al was de uitkomst niet voorspelbaar. De algemene kerkenraad concludeerde dat we die ruimte wel moeten bieden, anders zou een groep mensen de kerk wellicht hebben verlaten. Dat is gelukkig niet gebeurd. We begonnen daarmee in 2013, met de zogenoemde achtste dienst, met een afwijkende liturgie, met anderen liederen, Schriftlezing door kerkleden en een bijbelklas voor kinderen. Dit is een succes geworden, terwijl het uitgangspunt de gereformeerde prediking bleef. Gelukkig kunnen onze vijf predikanten uitstekend samenwerken. Zij preken in alle kerken.”

Wat is de ‘gereformeerde prediking’, zoals u het juist noemt?

,,Dat is de schriftgebonden prediking, zoals we die vanuit de reformatie hebben ontvangen. Dat draait om het Woord van de drie-enige God Vader, Zoon en Heilige Geest, waarbij Jezus als verlosser van de mensheid centraal staat. Daar draait het om. Hij is Koning der koningen. Dat is belangrijk, omdat daarin het behoud van de mensheid ligt. Als Jezus de gang naar het kruis van Golgotha niet had volbracht, dan zouden wij nog in onze zonden blijven liggen en verloren gaan. Paulus schrijft daarover in 1 Korintiërs 15: ‘Als Christus niet was opgestaan, dan was uw geloof zonder inhoud’. Dat wordt wel het paasevangelie van Paulus genoemd. Hij is opgestaan, als eersteling van degenen die ontslapen zijn en heeft daarmee de weg geopend naar het Vaderhuis. Als Jezus in je hart zit en de Heilige Geest jou helpt, mag je weten dat je permanent door de Heer wordt beschermd.”

Wat vindt u een hele mooie psalm?

,,Psalm 68 vers 10: ‘Gelooft zij God met diepst ontzag. Hij overlaadt ons dag aan dag met Zijne gunstbewijzen’. Laatst zongen we dit nog bij een begrafenis en toen werd het op hele noten gezongen. Dat was prachtig om te horen, want toen ging ons orgel in de Oude Kerk op een hele andere manier open. Met een voldragen geluid, dat heeft iets plechtstatigs. Als je langzamer zingt, kun je beter nadenken over wat je zingt. Dat vind ik best fijn.”

Freek Wolff