Links is inmiddels de zaak van Kranenborg (thans Wibra) gevestig  en in het hoekpand oen nog lingeriezaak Livera, tegenwoordig College Style.
Links is inmiddels de zaak van Kranenborg (thans Wibra) gevestig en in het hoekpand oen nog lingeriezaak Livera, tegenwoordig College Style. Gemeentearchief Barneveld

Een ooit fraai herenhuis met [bijzondere bewoners

7 januari 2022 om 08:25

De geschiedenis van het huis op de hoek van de Langstraat en de nog niet zolang geleden aangelegde Haanschotenstraat is dermate interessant dat er bijna een aparte aflevering aan gewijd kan worden. Dat heeft niet zozeer met het pand zelfs als wel met de bewoners ervan te maken.  

'SCHOUTINNE' Johan Goertsz. Van Dompselaer was schout van Barneveld van 1661 tot aan zijn overlijden, rond 1704/’05. In 1705 woonde zijn weduwe, A(a)lbertje van Ommeren in dit huis. Zij was de dochter van Dirk van Ommeren en Johanna de Wijs en was in 1661 getrouwd met Van Dompselaer. Hoelang dit pand als woning voor de schout heeft gediend is helaas niet bekend. Later zou het huis ‘Duinkerken’ aan de Schoutenstraat daartoe hebben gediend. Ook op de plek waar nu de pastorie van de St. Catharinakerk te vinden is, woonde vroeger een schout. In 1749 stond het pand waarvan in deze aflevering van ‘Bruisend Barneveld’ sprake is mogelijk leeg, maar in 1806 trof ik er opnieuw een bestuurder aan. Dat was de toenmalige schout, later gemeentesecretaris en vrederechter Johannes Isaac Rammelman Elsevier (1770-1841) die, voor hij zich in Barneveld vestigde, het fraaie, ook al weer lang geleden afgebroken huis ‘Lankeren’ tussen Terschuur en Voorthuizen bewoonde. 


ELSEVIER De uit Amsterdam afkomstige Elsevier was gehuwd met Johanna Petronella Martinus, met wie hij acht kinderen kreeg. Elsevier werd als rechtenstudent ingeschreven aan de Universiteit van Harderwijk vanaf 1784. 

In de periode 1791-1793 was hij werkzaam als ambtsontvanger van Ermelo. Hij woonde in Harderwijk van 2 februari 1795 tot 13 juli 1798 en was er toen werkzaam als secretaris van het stadsbestuur. Op 6 april 1798 werden de Gemeenteraad en de Burgercommissie ontslagen en vervangen door een nieuw gemeentebestuur, dat voorlopig uit zes leden bestond. De secretaris, mr. Elsevier, werd vervolgens opnieuw in zijn ambt bevestigd, maar op 19 juli vervangen door de burger F.H. Raeber. Op 5 november 1798 behandelde het Barneveldse ambtsbestuur het verzoek van de op het huis Lankeren wonende Elsevier om te worden aangesteld tot ambtssecretaris ter opvolging van de overleden W.B. Blanken en besloot diens sollicitatie in beraad te houden. Twee weken later, op 19 november 1798, kwam Elsevier naast de tijdelijk secretaris W. van Bommel en Burgers voor op een voordracht als kandidaat-secretaris van het ambt Barneveld, welke werd gezonden naar het Intermediair Administratief Bestuur van Gelderland. Van Bommel werd benoemd en legde op 24 december van dat jaar de eed af. Hij werd op 26 oktober 1802 benoemd tot lid van het Barneveldse gemeentebestuur en op 16 november als zodanig geïnstalleerd. Nu werd Elsevier wél als gemeentesecretaris benoemd en ook tot protocolhouder.


In zijn periode als gemeentesecretaris zou hij te maken krijgen met de bezetting van het dorp Voorthuizen door Franse militairen, als een soort wraakoefening voor het feit dat een soldaat bij een schermutseling licht gewond was geraakt. De verplichte inkwartiering leidde tot veel ongemak en hoge kosten voor de inwoners van het dorp en het ambt. Op 12 maart 1811 nam het Barneveldse gemeentebestuur kennis van het feit dat Elsevier was benoemd tot vrederechter van het kanton Barneveld. Daarnaast zou hij tot 1814 werkzaam zijn als (keizerlijk) notaris. Een dag later werd het ambt Barneveld ontbonden, om plaats te maken voor twee mairieën, respectievelijk bestaande uit Barneveld en Kootwijk en Voorthuizen, Garderen en Elspeet, met de daartoe behorende dorpen en buurtschappen.


Wanneer Elsevier precies uit Barneveld vertrokken is, is niet bekend. Vanaf 1816 maakte hij carrière in 'de West'. In dat jaar komen we hem tegen als gegradueerd lid van de raad van civiele en criminele justitie van Curaçao. Een jaar later was hij voorzitter van dit college tot 1820. Toen werd hij benoemd tot raad-fiscaal en tot plaatsvervangend gouverneur van het eiland, een functie die hij tot 1828 zal blijven vervullen, om vervolgens zelf tot gouverneur te worden benoemd. Na zijn aftreden in 1836 vestigde hij zich in Ede, waar hij op 6 mei 1841 zou overlijden.


KRUIDENIERSWINKEL Tussen 1813 en 1828 was in dit pand een kruidenierswinkel gevestigd. Kruidenier was de op 9 januari 1778 in Amsterdam gedoopte Jan van de Grampel, getrouwd in Amsterdam op 11 augustus 1809 met Margaretha Elisabeth Blanke, gedoopt op 30 januari 1785 in Bennekom. Van de Grampel moet zich in 1813 in Barneveld hebben gevestigd en staat in het register op de patentschuldigen vermeld als ‘epicier en gros’ – kennelijk ook als groothandelaar – en als kruidenier. In ons dorp was hij lid van het Leesgezelschap. Hij vertrok in 1828 samen met zijn echtgenote en hun zoon Theodorus naar Bennekom, waar ze de rest van hun leven zouden blijven wonen. Jan overleed op 30 december 1858, zijn vrouw op 22 november 1864 en twee jaar later, op 16 september 1866 overleed ook hun, ongehuwd gebleven zoon, die kapitein van beroep was.


NOTARISKANTOOR Jan de Feijfer nam in 1843 zijn intrek in het huis. Hij was in 1798 in Hoorn geboren als zoon van Dirk de Feijfer en Elisabeth Cornelia de Vries. De Feijfer was tweemaal gehuwd; de eerste keer in 1822 met Anna Smit, die vier jaar later zou overlijden. Met haar kreeg hij drie dochters, van wie de laatste, Anna, al drie maanden na haar geboorte zou sterven. De Feijfer hertrouwde op 21 april 1831 met Helena van Vloten, dochter van dominee Cornelius Adrianus van Vloten en Geertruida Rebecca Mensinga. 

Met haar kreeg hij in Steenderen acht kinderen. Aanvankelijk was De Feijfer notaris en gemeenteontvanger te Steenderen en vervolgens, vanaf 1842, notaris in Barneveld van 1842 tot aan zijn overlijden op 17 juni 1860. Ook hij was, net als de vorige bewoner van dit huis, lid van het Barneveldse Leesgezelschap. De Feijfer volgde Harmanus Meij Mettenbrinck op als notaris en werd zelf opgevolgd door Reinier Johannis Groll. Zijn weduwe vertrok met de nog thuiswonende kinderen op 24 oktober 1868 naar Arnhem.


DOKTER VAN MAANEN De Barneveldse arts Jean Rudolphe van Maanen werd op 27 april 1799 in Harderwijk geboren. Hij huwde met Johanna Theodora van Dull, met wie hij zes kinderen kreeg. Wanneer Van Maanen zich precies in Barneveld vestigde is niet bekend, maar wel het feit dat hij in 1841 het huis ’De Briellaerd’ kocht. De eerste jaren, van 1845 tot 1858, oefende Van Maanen zijn praktijk daar uit. Met ingang van het laatste jaar betrok hij het huis in de Langstraat, zodat hij voor de bewoners van het dorp wat meer 'aanspreekbaar' werd. In 1873 besloot de arts het wat kalmer aan de gaan doen. Drie jaar later, op 10 november 1876, deelde Van Maanen mee op 15 november zijn praktijk neer te zullen leggen: ‘Hij zal aan huis te raadplegen blijven.’ Zijn echtgenote was inmiddels op 12 februari 1874 in Barneveld overleden en hij zelf overleed op 84-jarige leeftijd, op 25 november 1883 in ons dorp.

Na Van Maanen woonde de weduwe van kostschoolhouder Gerrit Jacobus Kapteyn in het huis. Kapteyn overleed op 26 juli 1889. Zijn weduwe, de op 5 november 1814 in Rotterdam geboren Elisabeth Cornelia Koomans, vertrok uit huize ‘Benno’ en nam haar intrek in het mooie huis aan de Langstraat. 

Zij overleed, 82 jaar, op 24 november 1896 en werd op de Oude Begraafplaats aan de Kallenbroekerweg ter aarde besteld.


MANUFACTURENZAAK Ik ontdekte dat ik in de vorige aflevering van deze serie een fout heb gemaakt. In dit pand – en dus niet het voormalige schildersbedrijf links ervan - werd de manufacturenzaak van H. Schouten gevestigd die door Sikko en Willem Kranenborg in 1912 werd overgenomen. Dat linkerpand werd er dus later aan toegevoegd en dat is op de desbetreffende foto bij dit artikel en de voor de stratenatlas getekende reconstructie dan ook duidelijk te zien. Links de etalagepartij en rechts daarvan twee ramen met boven vier ramen. Ook weer rechtgezet.


De volgende keer komt het inmiddels ook alweer jaren geleden afgebroken woonhuis van Hendrik Luttikhuisen aan de beurt. Wie daar nog een foto van heeft, zou me daar erg blij mee maken.















Deze foto laat duidelijk zien dat het hier om het hoekhuis gaat en niet on de voormalige schilderswerkplaats van Cozijnsen.
Portret van notaris Jan de Feijfer (1798-1860) die van 1842 tot aan zijn overlijden dit huis bewoonde.
De destijds bekende en beminde Barneveldse arts Jean Rudolphe van Maanen (1797-1874) woonde na De Feijfer in dit huis.
Reconstructietekening van het herenhuis dat vroeger op de hoek van de Langstraat en de huidige Haanschotenstraat te vinden was. De bovenverdieping is nog redelijk origineel.
Het gerenoveerde pand, zoals het er nu uitziet.