Gijsbert Bouw: ‘Het was veel pionieren’

9 september 2021 om 10:12

,,Ik denk dat biologische landbouw onder consumenten in onze buurt nog niet zo bekend is. Er wordt hier meer biologisch geproduceerd dan menigeen in de gaten heeft. Daar willen we bekendheid aan geven”, zegt Gijsbert Bouw.

Aan de Barnseweg 140 groeide hij op, waar hij de boerderij van zijn moeder overnam. Drieënhalf jaar geleden schakelden hij en zijn vrouw Thera Bouw-de Vries om van melkkoeien en mestvarkens naar 750 biologische geiten. Dat was een grote stap en dat viel in de beginperiode niet mee. ,,Het was veel pionieren, omschakelen en verbouwen. Veel werk dus en een flinke investering ook. Je moet alles eigenlijk opnieuw opzetten.”

Bouw houdt de geiten puur voor de melk en hij merkte dat dit totaal anders is dan het werken met koeien. ,,Een geit is een heel gevoelig dier, waarbij het heel precies komt met de voeding. Schimmel en zand zijn funest voor geiten. Bovendien heb je op het terrein van biologisch voer minder keuze aan soorten. Ze krijgen kuilgras met veel grasklaver, krachtvoer en een klein beetje snijmaïs. Dit is allemaal van biologische teelt.”

Hij wijst erop dat hij uiteraard geen bestrijdingsmiddelen gebruikt, met als gevolg dat hij het onkruid mechanisch verwijdert van zijn weilanden. ,,Er mag best iets onkruid staan, maar dat moet binnen de perken blijven. Dat blijft een uitdaging, maar dat is juist het leuke van het biologisch boeren, om het met andere middelen voor elkaar te krijgen.”

Bouw zegt ronduit dat hij geen spijt heeft van de omschakeling. Hij doet het met veel plezier. ,,Het is veel werk, maar het geeft veel voldoening en de geit is een heel leuk dier.”

Bijna alle biologische geitenhouders die het voor de melkproductie doen, hebben zich verenigd in een coöperatie. Dat zijn er in ons land zo’n zestig en dat is relatief weinig. Toch is het de grootste coöperatie van biologische melkgeitenhouders in West-Europa. Ook Bouw sloot zich hierbij aan. ,,De coöperatie verkoopt de melk aan zo’n vijftien verwerkers en dat zijn kleine en grote kaasmakers in ons land, Duitsland en Oostenrijk. Bovendien gaat er veel geitenmelk naar babyvoeding; melkpoeder wordt steeds meer gemaakt van biologische geitenmelk.”

Als Bouw een gangbaar geitenbedrijf op had willen zetten, had hij twee zo groot moeten worden, wat meer organisatie en werk met zich mee zou brengen. ,,Maar wij zijn niet van de grootschaligheid. We voelen niks voor mega-bedrijven.” Het kostenplaatje van zijn biologische bedrijf is bijna twee keer zo hoog als bij een gangbare boerderij. Daarom moet de melkprijs ook iets duurder zijn.

Het lijkt de Barnevelder leuk om de wandelaars te ontvangen en merkt hierbij op dat aan het einde van de wandeltocht een goodiebag klaarligt met producten van de deelnemende bedrijven.