Buurjongens Joah en Sem speuren in het afgeplagde graszodenland bij de Nederwoudseweg net buiten Barneveld.
Buurjongens Joah en Sem speuren in het afgeplagde graszodenland bij de Nederwoudseweg net buiten Barneveld. Kees van Reenen

Verrassende vondsten bij onderzoek met buurjongens in Barneveld

5 september 2021 om 09:17 Natuur en milieu

BARNEVELD Natuur duikt overal op, ook op verrassende plekken. Zo blijkt een gazongrasland na het plaggen een geweldige plek voor pioniersoorten, waaronder fraai mos en zeldzame planten, maar er is nog veel meer te ontdekken.

Mag ik ook mee?” De kleine Sem (2 jaar) kijkt afgunstig naar grote broer Joah (7) die mee het land in mag, op ontdekkingstocht. Tot zijn grote vreugde geeft zijn moeder de kleine man ook toestemming. Even lopen de jongens rustig met de ‘oom’ mee, maar als die blijft dralen bij een te fotograferen plantje gaan ze zelf op onderzoek uit in het grote stuk land aan de Nederwoudseweg net buiten Barneveld. 

Ze wonen sinds een paar maanden met hun ouders en zussen tijdelijk op de naastgelegen boerderij en dat is een openbaring voor de kinderen, die opgegroeid zijn in de nieuwbouw. Een zomer lang hebben ze zich kostelijk vermaakt op het bomenrijke erf en in het grasland. Voor kinderen met oog voor detail, zoals Joah en Sem, zijn er iedere dag weer nieuwe beestjes en dingetjes te vinden. Zeker ook in de pioniervegetatie die op de kale grond is verschenen na de oogst van de grasmatten.

HAZENKEUTELS Zo gauw er ergens grond vrij komt, zijn de ‘pioniers’ er als de kippen bij om de plek te koloniseren. Welke het zijn, hangt van de omstandigheden af. Op de voedselrijke maar keiharde grond hier kunnen tamelijk weinig soorten aarden. Dat is meteen te zien aan het fijne mos waarmee grote oppervlakten bedekt zijn; mos groeit vaak op plaatsen waar hogere planten niet gedijen. Toch staan die er ook, zelfs heel opmerkelijke.

Kleine Sem heeft wat gevonden. ,,Kijk!”, wijst hij, gehurkt bij een open plekje. Joah komt erbij staan. ,,Hazenkeutels.” Hij had ze maanden geleden al ontdekt en heeft ook zijn vriendjes erop gewezen. Hazen zaten hier al toen de biljartlakenachtige mat van graszoden er nog lag, maar ze kwamen vaker toen er stukken werden afgeplagd en op de kale grond ‘onkruid’ opschoot dat dekking bood.

Nu is er geen haas te zien. Tot Sem er in de verte een ontdekt. Al snel hurkt hij weer neer en wijst. Tja, wat zou dat zijn? Een kleine drol - van een vogel? Lastig te zeggen. In de buurt van de haas vliegen wat houtduiven op, misschien laten die soms zoiets achter.

PARAPLUUTJES Het is de moeite waard eens op je knieën het mos te bekijken. Het meeste bestaat uit piepkleine blaadjes van verschillende soorten, nog niet meer dan pakweg een halve centimeter hoog, maar hier en daar groeit er een drie centimeter lange steel bovenuit, met bovenaan een rondachtig groen bolletje. ,,Daarin groeien de sporen”, leg ik Joah uit. ,,Weet je wat dat zijn?” Hij schudt z’n hoofd. ,,Hele kleine zaden, die zo licht zijn dat de wind ze een heel eind weg kan blazen. Als ze dan op een goede plek terechtkomen, kan er een nieuw mosje uit groeien.” Of hij dit onthoudt, is afwachten, maar onderschat de kleine jongens niet. 

Ertussen groeit trouwens nog een heel ander soort mos, zie ik dan. Taaie plakjes - geen bladmos zoals de rest, maar levermos. Ook hier groeien rechtopstaande steeltjes uit, maar daarbovenop geen ovale doosjes, maar een soort parapluutjes. ,,Parapluutjesmos. Mooi, hè?” De jongen knikt en rent dan weer verder.

Talrijk is een wat grotere plant met de naam greppelrus. Typisch voor kale vochtige plekken. Joah komt aanlopen met een takje met mooie gele bloemen en een takje met stervormig gerangschikte peultjes. ,,Die horen bij elkaar”, heeft hij gezien. En het klopt. ,,Dit is rolklaver, familie van die witte klaver daar.”

VRIJ ZELDZAAM Eenzaam staat tussen mos en greppelrus een plant met twee grote rozerode bloemen. Harig wilgenroosje, dat normaal in slootkanten groeit. Sem plukt een kamillebloempje. Het opvallendst is echter een vrij zeldzame soort die hier in groten getale is opgedoken: bleekgele droogbloem, te midden van zijn algemenere, klein blijvende zusje moerasdroogbloem. En misschien wel de leukste ontdekking: liggend hertshooi met fraaie gele bloempjes. 

Joah heeft iets anders gevonden: veren. ,,Hier is denk ik een vogel doodgemaakt…” Daar zou hij wel eens gelijk in kunnen hebben. Zo te zien een houtduif. Werk van een havik? Zorgvuldig verzamelt hij de veren. Voor thuis.

Door Kees van Reenen

Krulmos (een bladmos) met sporendoosjes en parapluutjesmos (een levermos).
Liggend hertshooi (met gesloten bloemen), greppelrus en hazenkeutels.
De 2-jarige Sem toont kamillebloemen die hij heeft gevonden.
De 7-jarige Joah heeft rolklaver en duivenveren gevonden.
Sem en bleekgele droogbloem op afgeplagd graszodenland.