‘Kip en ei moet je koesteren, niet weggooien’
31 juli 2021 om 06:39 MensenBARNEVELD Zijn droom: een levensgrote kip van 25 meter hoog bij het knooppunt A1/A30, waar je als bezoeker doorheen kunt lopen: de ´Chicken Experience´. ,,We hebben het dan over een echte ´Ei Catcher´, waar je als automobilist niet omheen kunt. En Barneveld is nu eenmaal kip en ei; dat moet je op alle mogelijke manieren uitbuiten.’’
De ontvangst in Zutphen is hartelijk. Wilco de Jong is een joviale, vrolijke kerel, die in mooie volzinnen praat en zijn gesprekspartner met enige regelmaat bij naam noemt (,,Ik ga zo piano voor je spelen, beste Erik). ,,Ik ben een gezegend mens. Ik kan als 62-jarige hardop zeggen dat mijn leven meer plussen dan minnen telt. Ik heb een leuk huisje, er komt stromend water uit de kraan, ik kan piano spelen, ik heb een mooi gezin en leuk werk. Ik ben sowieso vrij optimistisch ingesteld. Spijkers op laag water zoeken, daar hou ik niet van. Ik probeer overal kansen te zien.’’
CORPUS ,,Ken je Corpus?’’ De voorzitter van GO Barneveld, de organisatie die het toerisme naar alle kernen van de gemeente moet bevorderen, laat even een stilte vallen. ,,Je weet wel, dat museum in de buurt van Leiden, bij de A44, met een levensgroot beeld van een mens, waar je doorheen kunt lopen. Dat was mijn inspiratiebron om iets soortgelijks op te zetten bij Barneveld, maar dan met de kip en het ei in de hoofdrol. Terwijl je er doorheen loopt, krijg je van alles te zien en te horen over de geschiedenis van de pluimveesector. Ik heb al wel wat gesprekken gevoerd met mogelijk geïnteresseerde partijen, maar door corona is alles op een lager pitje komen te staan.’’
Hij ziet de kip en het ei als geweldige uithangborden voor de regio Barneveld. ,,Sommige mensen noemen het oubollig, willen ons gebied liever op een andere manier in de schijnwerpers zetten, maar zo werkt het niet. Natuurlijk kun je wel je imago proberen te verbreden, maar kip en ei blijven de basis. Benut dat zoveel mogelijk, bijvoorbeeld door een bezoek aan Het Rondeel en/of het Pluimveemuseum te promoten. Laat zien hoe een kuikentje uit een ei komt. Ik merk dat steeds meer boerenbedrijven wel openstaan voor initiatieven om de pluimveesector onder de aandacht te brengen bij toeristen. Dat is een mooie ontwikkeling. Je mag kip en ei cliché vinden, net als klompen, tulpen en molens, maar je mag ze nooit in de prullenbak doen.’’
KURHAUS HOTEL Wilco belandde tientallen jaren geleden min of meer bij toeval in de toeristische sector. ,,Een familielid attendeerde mij op de Hotelschool. Ik kende beide woorden -hotel en school- maar het fenomeen Hotelschool was mij onbekend. Toen ben ik me er maar in gaan verdiepen.’’
Hij meldde zich aan bij de Katholieke Hogere Hotelschool in Maastricht (KHHS) en leerde daar in drie jaar tijd alle facetten van het hotelwezen. Zijn vuurdoop werd het Kurhaus Hotel in Scheveningen. ,,Toen had ik nog haar op mijn hoofd en was ik nog slank´´, grapt De Jong. ,,Ik dacht natuurlijk dat ik best al een aardig eind op weg was, omdat ik net de Hotelschool had afgerond, maar dat viel in de praktijk vies tegen. Ik heb daar koffers gedragen, kamers schoongemaakt, auto´s geparkeerd en ga zo maar door. Het was hard werken, maar ik heb er wel het vak geleerd.’’
MAASTRICHT Aan het begin van deze eeuw keerde De Jong terug in Maastricht om de scepter te zwaaien over de lokale VVV. In 2005 werd hij benaderd door Gelders gedeputeerde Henk Aalderink. ,,Hij vroeg me om het Veluws Bureau voor Toerisme (VBT, red.) op te zetten en te gaan leiden. Met een klein team moesten we er voor zorgen dat de Veluwe het belangrijkste toeristische gebied van Nederland werd. Het idee was om de Noordzee-kust te verslaan met een pleidooi voor rust, natuur en ruimte. Die uitdaging sprak me wel aan.´´
Voor De Jong kwam het verzoek op het juiste moment. ,,Maastricht is een geweldige stad, maar om er te werken...nee, dat was best ingewikkeld. Toen ik daar werd benoemd, werd ik in De Limburger neergezet als een Hollander, als iemand van boven de grote rivieren. Een buitenstaander dus. Ik begon meteen op achterstand en dat is eigenlijk nooit meer helemaal goed gekomen, want ik bleef een buitenstaander. Ik heb me vooral vergist in het Maastrichtse ´ja’. Ik vertaalde dat als ´ja, we kunnen zaken doen´, maar vaak werd vooral het volgende bedoeld: ´ja, ik heb je verstaan´. Nou ja, ik ben er vrijwillig gekomen en ben vrijwillig gegaan.’’
IMPROVISEREN De nieuwe baan in Gelderland betekende wel dat De Jong qua woonruimte moest improviseren. Hij trok in bij zijn moeder in Zutphen om van daaruit het Veluwe-offensief aan te sturen. Dat gegeven -een volwassen man (getrouwd, twee kinderen)- die bij zijn moeder woonde- was voor programmamaker Michiel van Erp aanleiding om De Jong te benaderen voor een documentaire, die later de titel Pretpark Nederland zou krijgen. En zo kon het gebeuren dat de Zutphenaar op een zondagavond in 2006 zijn hoofd levensgroot terug zag op het scherm bij een Zomergast-aflevering met Linda de Mol. ,,Wat zien we hier Linda?’’, vroeg de presentator van dienst. ,,Dit is een heel enthousiaste man, die aan city marketing doet’’, reageerde de tv-ster. ,,Na afloop van deze uitzending is de documentaire Pretpark Nederland in zijn geheel te zien.’’ Mijn tanden vielen uit mijn bekkie.´´
LINDA DE MOL Linda de Mol had het goed gezien. Enthousiasme is een belangrijk wapen in het karakter van De Jong, ook gastvrijheid hoog in het vaandel heeft staan. ,,Als je in de toeristische sector werkzaam bent, dan moet je gastvrijheid in je dna hebben, anders wordt het niets.’’
Bovengenoemde eigenschappen had De Jong hard nodig toen hij aantrad als aanvoerder van het Veluws Bureau voor Toerisme. ,,Op lokaal niveau waren allerlei toeristische organisaties heel hard aan het werk om hun eigen dorp(en) te promoten, maar er was te weinig onderlinge samenwerking. Als je een grote stad onder de aandacht wilt brengen, dan ben je sterk genoeg, maar als Hattem, Heerde of Harderwijk ben je een stuk krachtiger als je een groter gebied -de Veluwe in dit geval- moet promoten. Vandaar dat ik bij al die organisaties langs ben gegaan om hen op hart te drukken om naast hun lokale activiteiten vooral ook de Veluwe als geheel te benadrukken; de groene long van Nederland, waar je ook in het echt heisessies kunt beleggen, waar je frisse lucht kan opsnuiven.’’
VELUWE OP 1 De missie ´Veluwe op 1´ kan inmiddels als geslaagd worden beschouwd, want enkele jaren geleden werd de Noordzee-kust als toeristische topattractie voor het eerst verslagen. Anno 2021 zijn er andere uitdagingen. ,,Door corona is de druk op natuurgebieden toegenomen, ook op de Veluwe. Jongeren met ghettoblasters, die je eerder nooit in het bos zag, gaan er nu heen om feestjes te vieren. Maar ook andere groepen ontdekten in coronatijd dat het best leuk is om te wandelen en/of fietsen op de Veluwe. Het gevolg is dat zowel inwoners als natuurorganisaties aan de bel hebben getrokken: zo kan het niet langer. En nu wordt er dus gesproken over recreatie-zonering, over een verbod om bepaalde gebieden in delen van het jaar te bezoeken. Ik schrik daar wel een beetje van. Als we natuurgebieden gaan afsluiten, bijvoorbeeld in de buurt van Garderen en Kootwijk, dan heeft dat ook gevolgen voor het aantal toeristen en het geld dat hiermee wordt verdiend. Ik hoop dat we met z´n allen een goede balans kunnen realiseren tussen toeristisch bezoek en natuurbehoud.’’
KLAGEN OVER DRUKTE Dat inwoners van rustige dorpjes klagen over de toegenomen drukte, daar kan De Jong niet zoveel mee. ,,Als je op een mooi plekje woont, dan is het logisch dat anderen daar ook op afkomen. Toen ik in Maastricht nog VVV-directeur was, kregen we de vraag vanuit bewonersgroepen of we niet konden stoppen met rondleidingen langs allerlei karakteristieke hofjes. Ik heb die mensen uitgenodigd voor een gesprek en we hebben met elkaar van gedachten gewisseld. Ik had begrip voor hun verhaal en zij voor het mijne. Uiteindelijk stonden de rondleidingen nog steeds op het programma, maar wel later op de dag, vooral in de weekenden. Op die manier kwamen we tot een oplossing waar iedereen mee kon leven.’’
De Jong is in zijn functie als voorzitter van GO Barneveld altijd onberispelijk gekleed. In zijn vrije tijd draagt hij net zo makkelijk een T-shirt en een spijkerbroek. ,,En als ik reisleider ben namens Djoser, draag ik er ook nog een Nederlands vlaggetje bij.’’
REISLEIDER Als reisleider begeleidt hij elke zomer twee groepen toeristen op hun reis door Indonesië, China of Tibet. ,,Dankzij Djoser kom ik op plekken waar ik anders nooit geweest zou zijn. Ik zie het als mijn taak om ervoor te zorgen dat iedereen het naar zijn zin heeft. Als ik goed luister naar de woorden die tijdens het gemiddelde slotdiner worden gesproken, dan doe ik het niet onaardig. Ik ben er altijd, ook als ‘s nachts iemand een keer niet lekker is of hulp nodig heeft. Het eerste wat ik bij de start van onze reis geef is mijn telefoonnummer met de mededeling dat ik 24/7 bereikbaar ben. En dat ben ik dus ook. Mijn taak is om rust te creëren, positief en vrolijk te zijn. Ik denk in mogelijkheden, niet in problemen. Dat moet ook wel, want anders komt het niet goed. Ik kreeg op een gegeven moment een klacht van een reiziger die mij vertelde dat hem uitzicht op het meer was beloofd, maar dat hij uitkeek op een vuilnisbelt. Ik keek met hem mee, constateerde dat hij gelijk had en ben vervolgens gaan praten met het management om te kijken of er nog een andere kamer beschikbaar was.
Ondertussen hield ik hem voor dat we hier maar één nacht zouden zijn en dat we de volgende dag op een andere plek zouden logeren. Goed luisteren, meevoelen, deëscaleren, het perspectief kantelen, daar ben ik voortdurend mee bezig. En dienstbaarheid is natuurlijk de belangrijkste eigenschap.’’
De Jong bereidt zich altijd goed voor op de reizen die hij leidt. ,,Vanuit Djoser is het ook verplicht dat je voldoende kennis hebt. Je krijgt eerst les en daarna een examen. Wel zo prettig ook, omdat je graag als reisleider weet waar je over praat.’’
DOCENT Zijn kennis spreidt hij ook tentoon bij de Tio Hogeschool, waar hij één dag per week het vak inkomend toerisme en citymarketing doceert. ,,Ik ben geen academicus, ik ben een doener, geef vaak voorbeelden. En die gaan er in als koek. Door mijn jarenlange ervaring kan ik zowel succeservaringen als leermomenten doorgeven. De Johannes Vermeer-tentoonstelling in het Mauritshuis in Den Haag, die ik samen met vele anderen organiseerde, was destijds een groot succes. Later probeerden we dat succes te evenaren met een Piet Mondriaan tentoonstelling in het Haags Gemeentemuseum. We mikten op 400.000 bezoekers, maar bleven steken op de helft. Gerri Eickhof kwam toen namens het NOS Journaal een reportage maken. Ik heb hem erop attent gemaakt dat toch 200.000 mensen de moeite hadden genomen om de expositie te bezoeken. De les die ik mee wilde geven aan mijn studenten: geef altijd een reactie als daarom wordt gevraagd, ook als iets geen succes is gebleken. Andere les, in het verlengde daarvan: bel altijd terug als je beloofd hebt dat te doen.’’
VERRE BUITENLANDSE OORDEN Als vrijwilliger zet hij zich ook in voor de organisatie PUM. Door het ministerie van Buitenlandse Zaken maakt hij deel uit van een groepje experts dat in verre buitenlandse oorden zijn licht mag laten schijnen over problemen en uitdagingen. ,,De laatste keer dat ik werd uitgezonden, was ik te gast bij een driesterrenhotel in Sulawesi. De leiding wilde meer internationale gasten trekken en vroeg daar hulp bij. Bij dergelijke gelegenheden gaat het vaak mis vanwege de cultuurverschillen. Ik heb de hotelleiding vooral geadviseerd om de menukaart aan te passen. ‘Als u Europeanen op bezoek wilt, dan zult u ook bier en/of wijn moeten schenken’. Dat schuurde, omdat Indonesië het grootste islamitische land ter wereld is en wijn en bier not done’ zijn. Later dat jaar zag ik toch een foto langskomen, waaruit bleek dat ze in het hotel een aparte ruimte hadden gereserveerd voor mensen die graag in hun vakantie een pilsje willen drinken.’’
Voor wat betreft zijn eigen vakantiewensen staat er nog een mooie campertocht door Europa op het lijstje, samen met echtgenote Marieke. ,,En dan ga ik op zoek naar plekken waar ik nog niet ben geweest, zoals het midden van Spanje, Roemenië of Polen. Daar heb je nog van die prachtige stokoude oerbossen, waar je eindeloos kunt wandelen. Heerlijk.’’
MINI-CONCERT Het interview eindigt met een mini-concert. De Jong neemt plaats achter de vleugel, die een prominente plek inneemt in de woonkamer. Hij speelt moeiteloos een medley van bekende en minder bekende klassiekers van Mozart, Beethoven en Chopin. ,,Dit is de vleugel van mijn vader, een echte Ibach uit 1937. Ik zit er geregeld achter en speel dan wat voor de vuist weg. Pure ontspanning.’’
Erik Roest