‘Het beste voor Eljosha is bij Jezus te zijn’

31 december 2010 om 00:00 Achtergrond

Het is vier maanden, drie weken en twee dagen geleden dat Eljosha Henrietta is verongelukt als het interview met haar echtgenoot Daniel plaatsheeft in hun woning aan de Wiekslag in Amersfoort. Het eerste deel van het jaar zag er voor Daniel totaal anders uit dan het tweede. ,,We werkten allebei in het onderwijs. Ik op het Cios van ROC ASA in Amersfoort, Eljosha was geschiedenisdocente in Utrecht. Ik werkte vier dagen, zij drie. Eljosha was op donderdag vrij om creatief bezig te zijn. Vrijdag waren we allebei vrij om te bidden in onze gebedskamer. Die hebben we ingericht in de ruimte naast onze woonkamer. Het is een mooie plek om je terug te trekken en te ervaren dat Jezus reageert op je gebeden. Bidden brengt rust en vrede en geeft inzichten.’’

Liever was Daniel Henrietta samen met echtgenote Eljosha omgekomen dan dat hij nu nog leeft, erkent hij. ,,Mijn grootste verlangen, bij Jezus te zijn, is nu nog groter geworden.’’ Daniel en Eljosha kregen in juli in de buurt van Damascus in Syrië op hun zendingsreis door het Midden-Oosten een ernstig motorongeluk. Daniel raakte zwaargewond, Eljosha overleed op 23-jarige leeftijd aan haar verwondingen. Door Christine Schut

Daniel en Eljosha ontmoetten elkaar twaalf jaar geleden in Harderwijk. In de kerkgemeenschap waar ze allebei met hun ouders kwamen. Eljosha was toen 12 jaar. Door het leeftijdsverschil van 6,5 jaar is hun relatie begonnen met vriendschap. ,,We werden steeds betere vrienden en uiteindelijk zelfs elkaars beste vrienden. Dat is het mooie, ik ben getrouwd met mijn beste vriendin. Op 20 december 2003 hebben we besloten te trouwen, want we hadden ondervonden dat God het goed vond. Eljosha was toen 17, ik 24. Om de omgeving aan het idee te laten wennen, hadden we vanaf dat moment verkering. Negen maanden later hebben we ons verloofd en weer negen maanden later zijn we getrouwd.”

Op dinsdag 22 juli kwam op een snelweg in de buurt van Damascus plotsklaps een eind aan hun aardse geluk. ,,Zo’n ongeluk is verschrikkelijk, wie het ook zou overkomen. Het is verschrikkelijk dat het ons is overkomen. We hadden een fantastisch huwelijk en leven samen. We zaten vol plannen. We wilden een ander huis kopen met meer ruimte voor opvang van mensen die in nood zijn. En we wilden kinderen. We hadden nu ongeveer al wel verwacht zwanger te zijn. Voor mij is het verschrikkelijk wat er is gebeurd. Voor Eljosha is het het allerbeste om bij Jezus te zijn. Zij kan Hem zien, horen en voelen. Voor mij is het moeilijk. Ik moet elke dag accepteren dat ze er niet meer is. Ik weet nog niet welk plan God met het ongeluk heeft. Maar ik ervaar al wel goede dingen. Ik heb mensen gesproken die hun leven in orde willen maken, die Jezus zijn gaan zoeken. Het was een schok voor iedereen. Het heeft mensen aan het denken gezet. Eljosha was klaar om te sterven. Haar en ons grootste verlangen was bij Jezus te zijn. Mensen denken ‘Wat als mij zoiets overkomt?’. Veel mensen leven zonder God en Jezus, maar beseffen niet wat die keuze inhoudt voor de eeuwigheid. Wij wilden anderen daarover vertellen. Veel mensen weten bijvoorbeeld niet wat Kerst betekent. God is mens geworden en in onze plaats gestorven, zodat Hij altijd bij ons kan zijn. Dat is toch geweldig.”

Daniel woont sinds het ongeluk bij vrienden in huis. Al probeert hij nu, weer langzaam maar zeker in hun eigen huis te gaan wonen. ,,Waar Eljosha was, was ik thuis. Nu is ze niet meer in ons huis en dat is heel pijnlijk. Maar ik ervaar steeds meer rust hier. Er is hier zoveel van Eljosha. Ze heeft grotendeels de inrichting gedaan, want ze wilde binnenhuisarchitect worden. Het is steeds prettiger om hier te zijn. Ik ga er bijna elke dag heen. Ik probeer ook steeds meer structuur in mijn leven te krijgen. Op donderdagavond komt mijn broer. Dan eten we samen en kunnen we daarna samen bidden. Op vrijdagochtend komen er vrienden om te bidden. Dat maakt ook een beetje een eind aan de eenzaamheid. En sinds twee weken doe ik op school weer iets. Ik geef een paar leerlingen bijles Nederlands. Zodat ik rustig weer kan wennen. Dat wil ik volgend jaar verder opbouwen. Ik ben leraar, dat zit in me. Ik wil mensen helpen zich te ontwikkelen en stimuleren. Maar ik durf nog niet te ver vooruit te denken, want hoe moet ik het allemaal gaan doen zonder Eljosha? Mijn rouwperiode is nog lang niet voorbij. Daarnaast is ook mijn been nog lang niet genezen.”

Het geloof in God is voor Daniel het belangrijkst van alles. Hij is er ook vast van overtuigd dat God het ongeluk heeft kunnen, maar niet heeft willen voorkomen. ,,Ik ben niet boos op God. Maar ik snap nog niet wat de bedoeling is van dit ongeluk en waarom ik het heb overleefd. God had dit ongeluk kunnen voorkomen want er gebeurt niets zonder dat God het toelaat of het weet. Ik kan boos worden en weglopen van God of ik kan Hem omarmen. Ik ren liever naar Hem toe, omdat ik weet dat Hij helpt mijn hart weer te herstellen. Het is belangrijker dat ik weet dat God goed en betrouwbaar is dan dat ik weet waarom het ongeluk is gebeurd. Misschien krijg ik ooit een keer een antwoord. Maar het meest zoek ik God voor mijn hart. Nu voel ik me anders dan vier maanden geleden. Dat zal vast over een paar maanden weer anders zijn. Het is belangrijker me te kunnen vastklampen aan God dan de waarom-vraag.” Daniel benadrukt overigens dat hij niet suïcidaal is. ,,Maar ik dacht pas wel, bij een beetje gevaarlijke verkeerssituatie ‘Het zou niet erg zijn als het nu misging’. Maar God liet mij niet voor niets in leven.’’

Wel erkent Daniel dat hij ,,nu liever ook bij Hem was geweest, samen met Eljosha, zodat ik de pijn en het lijden niet hoefde te dragen.’’ ,,Maar God heeft hier een plan, een bedoeling mee. Er komt al veel goeds uit, want het doet veel mensen goed hoe ik hiermee omga. Ik ben er nog en wil er met behulp van God het beste van maken. Ik heb na het ongeluk alleen maar meer contacten gekregen. Uit het hele land heb ik berichten ontvangen dat mensen aan me denken en voor me bidden. De wereld lijkt op zulke momenten maar zo klein. Ik houd bekenden vooral per e-mail op de hoogte van hoe het gaat. Ik stuur die berichten naar 1100 e-mailadressen. Ik heb veel behoefte aan steun. Ik voel me vaak eenzaam en alleen, maar God heeft veel mensen gegeven om me te steunen en Hij is er zelf ook altijd. Ik ben alle mensen dankbaar voor hun betrokkenheid en steun. Dat is voor mij onmisbaar en bemoedigend. En dat ze voor me bidden is fijn, daar moeten ze mee doorgaan, dat blijft nodig. Ik voel me een gebroken man, maar ook geliefd en gedragen.”

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie
advertentie