‘We liepen op blote voeten door het dorp’

11 oktober 2008 om 20:48 Mensen

KOOTWIJKERBROEK Het leven van Marian Sligtenhorst (42) zou het script van een film kunnen zijn. Ze werd ter adoptie afgestaan, emigreerde op zesjarige leeftijd naar Zuid-Afrika en overleefde ternauwernood een moordaanslag, waarbij haar man om het leven kwam. Tot overmaat van ramp verloor ze haar oudste zoon door een auto-ongeluk. Sinds een jaar woont ze met haar vijf kinderen en huidige man in Kootwijkerbroek. In een openhartig interview vertelt Marian haar verhaal.

Marian Sligtenhorst zit in een dikke trui in de woonkamer van haar huis aan de Essenerweg in Kootwijkerbroek. De kamer is gezellig ingericht met leren banken en een antiek ogende kist, die dienst doet als tafel. ,,We hebben het één en ander van familie uit Nederland gehad, want we konden bijna niets meenemen vanuit Zuid-Afrika’’, vertelt ze. ,,Maar ik ben hier heel blij mee hoor. We hebben geen luxe nodig. In Zuid-Afrika, waar ik ben opgegroeid, zijn mensen tevreden met niets. Aan brood, kleren en een dak boven hun hoofd hebben ze genoeg. Ik ben blij dat we dat hier in Kootwijkerbroek hebben gevonden.’’

Over het weer in Nederland is Marian minder enthousiast. ,,Het is verschrikkelijk. Ik heb het voortdurend koud. Het afgelopen jaar zijn er eigenlijk maar een paar dagen geweest waarop het warm was. Als het dertig graden is, lopen veel mensen hier te puffen en te zweten, maar ik vind het juist een lekkere temperatuur om in de tuin te werken.’’

Haar liefde voor warm weer heeft ze te danken aan haar jarenlange verblijf in Zuid-Afrika. 

Marian is zes jaar oud als ze samen met haar adoptie-ouders en twee geadopteerde zusjes vanuit Baarn emigreert. Ze groeit op in een blanke gemeenschap in de buurt van de stad Pretoria. ,,Ik heb een geweldige jeugd gehad. Mijn biologische ouders heb ik niet gekend, maar als een gemis heb ik dat nooit ervaren. Mijn ‘ouders’ waren erg goed voor ons. Van hen heb ik ook het geloof meegekregen en daar ben ik ze erg dankbaar voor.’’

Na de lagere school wil Marian aanvankelijk verpleegster worden, maar uiteindelijk gaat ze bij een bank werken. ,,Dat heb ik altijd met veel plezier gedaan, het werk was erg afwisselend. Mensen kwamen vaak met een tas of doos vol geld en dan was het letterlijk centen tellen, heel anders dan in Nederland.’’

Als ze trouwt met een Nederlandse man en zwanger wordt, is het geluk compleet voor Marian. Maar in 1993 komt daar abrupt een einde aan. ,,We woonden net vier weken op het platteland, in de omgeving van Pretoria. Voor relatief weinig geld huurden we daar een voor Afrikaanse begrippen groot huis. Achteraf gezien hadden we dit nooit moeten doen. We lazen in die tijd nooit kranten, anders hadden we geweten hoe gevaarlijk het er was.’’ 

De ‘apartheid’, een systeem waarin de donkere bevolking van Zuid-Afrika werd onderdrukt, was in 1990 afgeschaft. Maar dat maakte het er volgens Marian niet veiliger op. ,,Er was veel rassenhaat. Sommige jongeren groepeerden zich in ‘zwarte bendes’ en namen wraak voor al het onrecht dat hun families was aangedaan. Vaak werden onschuldige mensen, zoals mijn man en ik, daarvan de dupe.’’

De inwoonster van Kootwijkerbroek slikt een keer en gaat in gedachten terug in de tijd. Ze praat onverstoorbaar door over één van de afschuwelijkste momenten uit haar leven. ,,Mijn toenmalige man en ik waren naar de kerk geweest en reden met de auto naar huis. Plotseling stond er een groep ‘zwarten’ op de weg, die ons dwong te stoppen. Mijn man moest uitstappen en dat deed hij. Ik wilde hem nog terug de auto in trekken, maar toen begonnen ze al te schieten. Vanaf dat moment weet ik weinig meer. Ik heb gehoord dat we beiden per ambulance zijn afgevoerd. Mijn man is kort daarna overleden. De artsen hebben me dat pas later verteld, toen ik weer enigszins hersteld was. Dat neem ik ze nog kwalijk, want ik heb al die tijd gedacht dat hij nog leefde. Ze vertelden juist dat het goed met hem ging.’’ 

Zelf is Marian er slecht aan toe. Ze is getroffen door vijf kogels, maar wonder boven wonder overleeft ze de aanslag. Een moeilijke tijd breekt aan. ,,Ik bleef achter met drie kinderen. Gelukkig hebben mijn ouders ons in die tijd heel goed opgevangen. Het leven ging verder, maar mijn gedachten gingen vaak terug in de tijd. Ik schreef gedichten om de narigheid te verwerken (zie kader).’’

Na een paar jaar leert Marian haar huidige man Kees kennen. Het geluk lacht haar weer toe. Ze trouwen en krijgen drie kinderen. Samen met de kinderen uit haar vorige huwelijk vormen ze één groot gezin. Totdat in 2007 het noodlot opnieuw toeslaat als haar oudste zoon Johan op 19-jarige leeftijd overlijdt. De inwoonster van Kootwijkerbroek loopt door de kamer en pakt een fotolijstje van de schoorsteenmantel. ,,Dit is Johan’’, zegt ze trots. ,,Deze foto is gemaakt toen hij net terug was uit Nederland, waar hij een ict-opleiding had gevolgd. Apetrots was hij op z’n diploma.’’

Als Johan ruim een jaar terug is in Zuid-Afrika gaat hij op een dag samen met zijn broer Corné met de auto op pad. Marian: ,,Hij belde ‘s avonds om te vragen of ik wat eten voor ze wilde bewaren. Ze waren op weg naar huis, maar konden niet op tijd terug zijn voor het eten. Het zou de laatste keer zijn dat ik met hem sprak.’’

Om een uur op negen gaat de telefoon opnieuw. Ditmaal is het Corné. ,,Hij vertelde dat er iets ergs was gebeurd. Ik schrok heel erg, maar hij kon niet aangeven wat er precies was voorgevallen. Dat werd pas duidelijk toen een onbekende man de telefoon overnam. Hij vertelde dat ze een ongeluk hadden gehad en dat we direct moesten komen. Mijn man en ik zijn meteen in de auto gestapt, maar na een uur hadden we ze nog niet gevonden. Achteraf hebben ze ons waarschijnlijk expres de verkeerde locatie doorgegeven, omdat Johan er verschrikkelijk uitzag. Eénmaal thuis heb ik in een helder moment naar de telefoons van de jongens gebeld. Die van Johan werd opgenomen door iemand van het mortuarium. Hij bracht het vreselijke nieuws. Tot op de dag van vandaag is de oorzaak van het ongeluk onbekend. Corné is redelijk hersteld, al moet hij eigenlijk nog een operatie ondergaan. Maar hij wil niet naar het ziekenhuis.’’

Corné wil weg uit Zuid-Afrika en vertrekt naar Nederland. De familie Sligtenhorst reist hem achterna. Ze zoeken een woning en in een advertentie valt hun oog op een huurhuis in Kootwijkerbroek. Marian: ,,De terugkeer naar Nederland was een hele moeilijke beslissing. Corné woonde inmiddels in Nederland en ik wilde bij hem zijn. Aan de andere kant heb ik het gevoel dat ik Johan in de steek heb gelaten. Hij ligt begraven in Zuid-Afrika en ik kan nooit even naar hem toe. Dat is heel moeilijk. Sommige mensen zeggen wel eens dat verdriet slijt, maar dat ervaar ik niet zo. Het gemis wordt juist iedere dag groter, omdat ik hem steeds langer kwijt ben.’’

De overstap naar Kootwijkerbroek was groot. ,,De mensen in het dorp zullen soms wel gedacht hebben: wat een rare familie. In Zuid-Afrika liepen we bijvoorbeeld altijd op blote voeten en dat deden we hier in het begin ook. Eigenlijk moeten we ons schamen! Maar het is geen pretje als je niet gewend bent om op schoenen te lopen. Je krijgt hele zere voeten. Voor de kinderen was het ook wennen. In Afrika klommen ze uit school in een boom, maar hier kan dat niet. Groot voordeel van Kootwijkerbroek is dat het een stuk veiliger is dan in Zuid-Afrika, al kan dat ook gevaarlijk zijn: de kinderen denken dat ze hier niets kan overkomen.’’

De man van Marian werkt als rietdekker bij een familiebedrijf in de buurt van Utrecht, zelf zit ze momenteel zonder baan. ,,Ik had werk gevonden bij iemand in de huishouding, maar door een operatie aan mijn hand kon ik daar niet aan de slag. Het liefst heb ik werk waarbij ik meer in contact kom met mensen, maar het blijkt moeilijk om iets te vinden. Mijn diploma’s zijn achtergebleven in Zuid-Afrika en het kost honderden euro’s om ze weer op te vragen. Als mijn hand genezen is, ga ik verder met de zoektocht naar een baan.’’

De familie Sligtenhorst voelt zich steeds meer thuis in Kootwijkerbroek. ,,De kinderen zitten hier op school en we gaan hier naar de kerk. Heel veel contacten hebben we echter nog niet in Kootwijkerbroek. Ik ben vrij gesloten. In m’n eigen huis voel ik me het gelukkigst.’’ 

Ondanks alles denkt Marian nog vaak aan Zuid-Afrika. ,,Het leven is hier goed, maar eigenlijk ga ik liever vandaag dan morgen terug naar Zuid-Afrika om weer bij Johan te zijn.’’

Door Geertjan Jansen

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie
advertentie