De Vrijheid Voelen

10 mei 2019 om 13:19 Lokaal/Column

BARNEVELD We begonnen afgelopen week met Bevrijdingsdag. Een dag die hoort bij de dag die eraan voorafgaat, de Dodenherdenking. Twee dagen, 4 en 5 mei, die je niet los van elkaar kunt zien. Eerst een moment van het herdenken van de gevallenen in die vreselijke Tweede Wereldoorlog, dan een moment om de vrijheid te vieren. Stilstaan bij de consequenties van onvrijheid en ons telkens opnieuw inprenten hoe belangrijk het is om in vrijheid te kunnen leven.

Dodenherdenking en Bevrijdingsdag doen ons realiseren dat er tenminste één waarde is die aan alle meningen vooraf gaat. Dat is "vrijheid". Een waarde die we voortdurend levend moeten houden. De lakmoesproef van die waarde is echter niet de symboliek van het vrijheidsvuur, maar de vraag of je dat vurige verlangen naar vrijheid waarmaakt in je daden. Of je die waarde van vrijheid niet alléén in je overtuiging laat horen, maar ook laat zien in je handelen, je gedrag, je daden. Pas dat maakt vrijheid werkelijk waardevol.

Ds. Van Iperen sprak zaterdagavond bij onze Dodenherdenking aan de Plantagelaan over de betekenis van vergeven en dat trof me. Wie de vrijheid viert, moet willen leren om te vergeven, te verzoenen, te vertrouwen. Je moet de ander willen zien en respecteren. Niet leven in achterdocht en wantrouwen maar uitgaan van zijn of haar goede bedoelingen. Nelson Mandela stelde daarover ooit deze cruciale vraag: "Wat zou er gebeuren als de wens om het goede te doen het wint van onze altijd aanwezige drang om te bewijzen dat een ander het bij het verkeerde eind heeft?"

ZUURSTOF Vrijheid is als zuurstof in ons leven. Bij een teveel aan zuurstof ga je hyperventileren; bij een tekort krijg je het stervensbenauwd, zo las ik ergens. Het is dus voortdurend zoeken naar een evenwicht. Vrijheid kent zijn begrenzingen immers in het respect en de ruimte die je ook anderen geeft.

Daarom herdenken we elk jaar op 4 mei de gevallenen voor de Vrede.

Daarom vieren we elk jaar op 5 mei de Vrijheid.

Daarom praktiseren wij morgen, overmorgen en daarna de Verdraagzaamheid.

Vrede, Vrijheid en Verdraagzaamheid.

Dat is de trilogie, het verhaal in drie delen, dat telkens weer verteld en doorverteld moet worden. Want, als u, wij en vele anderen het niet vertellen, hoe zullen jonge generaties het dan ooit horen en verstaan? Vertellen en doorvertellen dus want ander verflauwen de stemmen, vervagen de beelden en verliezen we de vrede, vrijheid en verdraagzaamheid. In het Liedboek voor de Kerken staat daarover een heel mooi lied (1014): "Geef vrede door van hand tot hand. Je moet die schat bewaren. Bescherm haar als een tere vlam. Behoed haar voor gevaren. Geef vrede door van hand tot hand. Als brood om uit te delen. Kijk ieder mens met warmte aan. Zo kunnen breuken helen".

Het is dit jaar 70 jaar geleden dat de Verenigde Naties de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens proclameerden. Eigenlijk de grondslag voor onze hedendaagse vrijheidsrechten. Eleanor Rooseveld, de First lady van de Amerikaanse president Franklin Rooseveld, schreef er aan mee. Ze had de verschrikkingen van de Tweede Wereld Oorlog gezien en gevoeld. Toen ze eens naar de betekenis van die rechten gevraagd werd zei ze: "Mensenrechte. Waar die beginnen? Op plekken dichtbij huis. Zó dichtbij en zo klein dat ze op geen enkele landkaart zichtbaar zijn."

Mensenrechten, vrijheidsrechten, ze beginnen bij ons zelf. Niet in 's lands vergaderzalen, Haagse bureaucratieën of mondiale toppen van regeringsleiders. Dichtbij huis wordt de wereld gewonnen. Bij u en mij. Bij onszelf.

Wie de vrijheid een groot hart toedraagt, zal moeten leren om te vertrouwen en anderen de ruimte geven.

Wie de vrijheid dient zal het eigen gelijk relativeren en de toenadering zoeken in de dialoog met anderen.

Wie de vrijheid praktiseert zal generositeit willen tonen en anderen aanmoedigen de bruggen van verbinding te betreden.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie
advertentie